Fiat 124 Sport Spider (1966-1974) en Fiat 124 Abarth Rally (1972-1975)

In november 1966 lanceert Fiat op de Torinese Autosalon de Fiat 124 Sport Spider. Het publiek maakt kennis met een karakteristieke open Fiat, die door Pininfarina zelf werd gebouwd en in Turijn werd afgewerkt. Hij voldoet cosmetisch en technisch volledig aan de eisen des tijds. Het hoogstaande comfort, de eenvoudige te bedienen en mede daardoor geniale dakconstructie, de uitstekende rij-eigenschappen en de formidabele wegligging versterken van meet af aan de propositie van de Sport Spider.

Uitgebalanceerde rij-eigenschappen 
De rij-eigenschappen danken hun uitstekende reputatie aan de accurate besturing en aan het onderstel dat op het met 14 centimeter ingekorte chassis van de 124 Sedan (en coupé) wordt geschroefd. Daarnaast plaatsen de Fiat-technici een onafhankelijke vering aan de voorzijde. De achterwielen worden afgeveerd door middel van een starre as met schroefveren. De Sport Spider wordt daarnaast voorzien van telescopische schokbrekers rondom. Het draagt bij aan een uitstekende wegligging. Het rijplezier wordt vergroot door de plaatsing van een juweel van een motor: de van twee bovenliggende nokkenassen voorziene 1438 cc motor die een vermogen genereert van 90 PK en tevens aan een vijf versnellingsbak is gekoppeld. Die vijfde versnelling heeft een echte overdrive-functie, waarin de topsnelheid van 170 kilometer per uur wordt bereikt. Hij past uitstekend bij de krachtbron, die al snel vermaardheid genereert door zijn indrukwekkende acceleratievermogen. Om de prestaties te beteugelen voorziet Fiat de Sport Spider van meet af van schrijfremmen rondom, die met hulp van een bekrachtiger hun werk uitstekend doen.

Debutant en opvolger
De AS- de benaming voor de eerste serie- wordt in 1969 vervangen door de BS. Deze krijgt in 1970 de 1608 cc motor uit de Fiat 125, maar dan met een vermogen van 110 PK. De krachtbron- leverbaar naast de 1438 cc- ademt door 2 dubbele Weber IDF-40 carburateurs en bezorgt de Spider een top van 185 kilometer per uur. Van buiten is de 124 Sport Spider met grotere motor herkenbaar aan de twee bubbels op de motorkap: ze zijn bedoeld om ruimte te bieden aan de krachtbron met hoge opbouw. Los daarvan kent iedere BS wijzigingen. Hij wordt voorzien van een honingraatjes-grille, dat het vanaf de motorkap verhuisde merkembleem in het midden heeft. De BS krijgt tevens een riante middenconsole, die ook onderdak biedt aan de versnellingspook die -in tegenstelling tot de schuin gepositioneerde in de AS- rechtop is geplaatst. Voorts worden de achterlichtunits voorzien van geintegreerde achteruitrijlichten.

Laatste reguliere Europese SportSpider van Fiat
In augustus 1972 volgt de CS. Hij krijgt dezelfde body als de BS, welke hij opvolgt. De gewijzigde grille kenmerkt zich door een ruitjespatroon. Verder ligt het afwerkingsniveau van het interieur op een hoger peil. Belangrijker nieuws is dat Fiat in augustus 1972 de Sport Spider voorziet van de nieuwe - en langer geconstrueerde- motor uit de 132. Deze heeft een cilinderinhoud van 1592cc en krijgt een klein jaar later gezelschap van de grotere 1756 cc, welke 118 PK levert. Ze ademen- net als bij de AS motor- weer door één dubbele carburateur van Weber, maar koppel, vermogen en prestaties zijn vergelijkbaar met het 1608 cc blok dat in de BS werd geleverd. 

Een icoon: de 124 Abarth Rally.
De 1756 cc motor vormt de basismotor in de eerste fabrieksauto van Fiat die voor rally-doeleinden wordt geconstrueerd: de 124 Abarth Rallye. In de standaardversie levert de motor in de Abarth 128 PK en de voor wedstrijdtrim geprepareerde exemplaren kennen soms vermogens van meer dan 200 PK. Om bij de standaardmotor te blijven: 2 dubbele Weber 44IDF carburateurs zorgen voor een aansprekend mengsel. De standaardversie snelt naar een top van 195 kilometer per uur en geeft een maximum koppel van 160 Nm die de toerengrage motor pas bij 5.200 toeren per minuut afgeeft. Met de toepassing van een vaste hardtop met rolkooi (veiligheid en stijfheid) en aluminium deuren, polyester motorkap en -kofferdeksel (gewichtsbesparing) alsmede CD 30 velgen van magnesium en een typische jaren zeventig kleurtoepassing met matzwarte accenten ontwikkelt Fiat op basis van de SportSpider een waar kanon met een echt eigen gezicht. Een aangepast interieur, sportieve kuipstoelen, een mechanische sper, een bumperloos voor-en achtersteven en onafhankelijke wielophanging vóór en achter geven extra sportief cachet aan het technische klapstuk, dat 1.017 keer geproduceerd werd. Door de aanvankelijke productie van 500 stuks voldeed het SportSpider-icoon aan de homologatie-eis. Dat bleef niet zonder gevolgen. De 124 Abarth Rally werd bijzonder succesvol ingezet in diverse vermaarde internationale rallies. De straatversie was volgens intimi en journalisten overigens iets te bruusk voor straatgebruik. Wel is het tegenwoordig de meest gewilde variant van de 124 Spiderfamilie. 

Te vroeg Europees afscheid
De Abarth variant was samen met de CS1 (de CS met 1.756 blok) de laatste der in Europa geleverde 124 spiders met de merknaam Fiat. In september 1974 viel het doek voor de straatversie van de Abarth. Met het afscheid van de CS werd op hetzelfde moment de Europese periode voor deze 124 variant afgesloten. Fiat koos ervoor om de aandacht te verleggen naar de X1/9 en het marktpotentieel van de Sport Spider exclusief in de Verenigde Staten aan te spreken. In 1983 keerde de creatie van Pininfarina terug in de Europese Fiat-showrooms: Onder de merknaam ..... Pininfarina! Uiteindelijk produceerde Fiat tot september 1974 onder haar merknaam rond 20.000 Sport Spider exemplaren voor de Europese markt, de Abarths niet meegeteld. En al tijdens zijn exclusief voor de VS bestemde productie haalden de fans hem regelmatig naar Europa terug. De auto- in zijn tijd door diverse journalisten beter bevonden dan de Alfa Spider- toonde mede daarmee zijn makers aan dat Fiat in 1974 veel te vroeg afscheid nam van de Europese Sport Spider distributie.